Kakkers en kakwuuven
1986 - bijna vijftien was ik hier. Op vakantie met mijn ouders en mijn zusje en natuurlijk onze Yorkshire 'Droefje'. Het was mooi in Lenk en we hadden stralend weer. Wel een beetje saai. Alleen een zwembad drie kilometer verderop. Waar je constant het water in moest vluchten, weg van de agressieve dazen.
Een paar jaar later ben ik teruggekeerd naar Zwitserland. Naar Wallis, om te werken in de horeca. Ik waardeer Zwisterland om de pracht van de natuur. Lang ben ik niet gebleven. Ik was een 'Ausländer' voor de lokale bevolking. De mix van Duits, Italiaans en Frans vond ik moeilijk te verstaan, ze waren in beginsel niet aardig en bovendien racistisch.
De verhalen van mannen die gevlucht waren uit het toenmalige Joegoslavië, die werkten in de bossen om de oorlog in hun land te ontvluchten waren schrijnend. De angst was groot om over enkele maanden weer terug te keren naar het 'eigen land', dat allang niet meer voelde als thuisland. Ze kwamen graag eten in de bar annex restaurant waar ik werkte. Ik was immers ook een buitenlander en had met hen te doen. In goed verstaanbaar Duits maakte ik grappen waar ze luid om lachten. Misschien was ik even een lichtpuntje in hun leven, waarna ik 's avonds na mijn werk uitgeput naar mijn kamer ging boven het restaurant, want er was werkelijk niets te beleven daar. Dat mijn ouders nog op bezoek kwamen omdat ik het zwaar had daar heeft niet geholpen, een week later was ik weer thuis.
Thuis in Breda. Zo overkwam mij die aardschok, toen ik van Breda verhuisde naar Renesse. Het voelde als een verschuiving van een lawine in Zwitserland. Ik kwam in de klas bij kinderen uit Oosterland en Bruinisse, die in lange rokken liepen en niet eens een televisie hadden thuis. Ik begreep er niks van. Bij 'ons in Breda' had iedereen minimaal één televisie in huis! En ze noemden mij ook nog eens een 'kakker' of een 'kakwuuf' op zijn Zeeuws. Terwijl ik dat niet was en nog altijd zie ik mezelf of anderen niet zo.
"Net zo min als dat ze over jou kunnen oordelen Kiekje, kun jij dat over hen ook niet", zei Mama. Veel geleerd van haar. Goede dingen, zoals het 'heurt', en minder goede dingen. Geen enkele ouder is feilloos. We hebben allemaal onze lessen te leren in dit leven.
Onlangs kreeg ik een bericht van een lezer van mijn boek, over hoe zij dacht dat het zat met de dood van moeder, zoals in mijn boek omschreven is hoe een jong meisje haar moeder verliest. Een boek dat grotendeels gebaseerd is op een waargebeurd verhaal. Ik had een schat van een Mama, die toen ze net 51 was is overleden aan een hartstilstand.
Mijn Mama, waarbij alles kon en alles mocht en waar iedereen altijd terecht kon met zijn of haar problemen. Soms weleens too much. Een kakwuuf? Nee! Ze wilde wel altijd dat haar dochters er leuk uitzagen, dat zag ze zelf ook in die tijd. Dus wij droegen Oilily-kleertjes, polo's van Lacoste, gingen schoenen kopen bij Dirven op de Haagdijk en naar Pertijs voor nieuwe oorbelletjes.
In onze klas droegen veel kinderen soortgelijke kleren en het gros ging naar dezelfde middelbare school. Waar je meer kinderen tegenkwam die je al kende van de hockey of van ballet. Lekker veilig. Lekker belangrijk. NIET!
Eén van de lessen die ik van mijn ouders heb geleerd is dat we elkaar allemaal nodig hebben in het leven. Dat het niet uitmaakt wat je doet of waar je vandaan komt. Achter elke voordeur spelen zich dingen af die je aan de buitenkant niet kunt zien. Of je nou in een villa of in een rijtjeshuis woont.
Daarom is oordeelsvrij blijven zo belangrijk. Kijk naar iemands' hart.
Een ruitjesbermuda en polo zeggen niks over hoe iemand in het leven staat.
FEACH® dus, met een hart ervoor en een punt!
Een reactie posten